dominant, recessief, homozygoot en heterozygoot

Credit: Additional sound effects from https://www.zapsplat.com

In de vorige video heb ik het gehad over genotype en fenotype, deze video ga ik wat dieper in op het genotype. Ik ga het hebben over genen en allelen en ik leg de begrippen Dominant, Recessief, homozygoot en heterozygoot uit.

Wanneer iemand twee allelen heeft voor een losse oorlel is het genotype in dit geval homozygoot, homo betekend namelijk gelijk. Zygoot is de naam van een bevruchte eicel. Aangezien deze persoon twee dominante allelen heeft is hij dus homozygoot dominant voor de eigenschap 'oorlelvastheid'. Je schrijft dit met hoofdletters, AA.

Wanneer iemand twee recessieve allelen heeft voor de vaste oorlel, dan is iemand homozygoot recessief. Je schrijft dit met kleine letters: aa.

Heeft iemand twee verschillende allelen en is de een recessief en de andere dominant, dan is iemand heterozygoot. Waarbij hetero verschillend betekent. Je schrijft dit met een kleine en een grote letter, Aa

Kort samengevat kan een organisme van elk gen dus twee allelen hebben. Van die twee allelen komt er altijd maar 1 tot uiting in het fenotype. Een dominant allel komt altijd tot uiting wanneer een organisme deze heeft. Een recessief allel komt alleen tot uiting als er geen dominant allel in het genotype staat.

Heb je twee dezelfde dominante genen dan ben je homozygoot dominant voor dat gen. Heb je twee verschillende allelen dan ben je heterozygoot, heb je twee dezelfde recessieve allelen dan ben je homozygoot recessief.

Heb je hier nog vragen over of andere vragen, laat het dan vooral weten in de reacties!