Vleeseters in de natuur 'De Zonnedauw - Drosera intermedia

In onze parken hebben we een heel bijzonder vleesetend plantje, de zonnedauw.
De planten zijn erg klein maar vallen toch erg op door de dieprode kleur en de opvallende witte bloemen.
Ze groeien in echte natte veengebieden die vaak weinig voedingsstoffen bevatten. De zonnedauw lost het tekort aan voedingsstoffen op door geregeld vliegen en muggen te vangen.
Deze insecten vangt hij met tentakeltjes die aan het einde een druppel kleverig vocht bevatten. Deze glinsterende druppel is aantrekkelijk voor insecten die er dan op gaan zitten. Ze kleven vast en door het spartelen van de insecten worden dan ook andere tentakels geraakt die dan ook vast blijven kleven. De insect komt dan steeds vaster te zitten.
Behalve lijm wordt er ook mierenzuur uitgescheiden die dan het eiwit van de insect oplost. Het hele blaadje gaat dan om de insect heen krullen en zo wordt de hele insect opgelost en blijft er na een paar dagen alleen nog maar een pantsertje van het insect over. De bladeren ontrollen dan weer en er ontstaan weer verse plakdruppeltjes aan de bladeren. Zelfs vlinders en kevers worden op deze wijze verteerd en opgenomen door de plant.
Zonder het vangen van insecten zou de zonnedauw het ook wel overleven maar hierdoor ziet de plant er zomers erg florissant uit.
In Nederland hebben we 2 soorten zonnedauw. De ronde- en de kleine zonnedauw. De ronde zonnedauw is echt een plant van hoogvenen en veenbulten terwijl de kleine een pionier is op kale natte zure gronden. Dit kunnen ook gewoon vochtige karresporen zijn op zure droge heidevelden.
De plant overwinterd met een winterknop en er ontstaan in de rottende zonnedauw blaadjes ook broedknoppen die dan door dieren verspreidt kunnen worden. Ook produceert de zonnedauw stoffijn zaad dat door de wind makkelijk wordt verspreidt.
De bloemstengel komt bij kleine zonnedauw scheef onder het bladrozet vandaan en bij de ronde komt de steel recht uit het midden. De bloeiwijze zit dan helemaal opgerold bovenaan. Als de steel zich helemaal heeft ontwikkeld ontrollen de bloemen en zijn de 5-tallige bloemen goed zichtbaar.
Vroeger werd er veel zonnedauw geplukt om te dienen als medicijn tegen keelaandoeningen. Tegenwoordig wordt hiervoor een Afrikaanse drosera soort gebruikt.
In alle veengebieden van west- en Midden Europa en in het Oosten van Noord-Amerika komt de kleine zonnedauw voor.
De ronde zonnedauw is op het hele noordelijk halfrond te vinden en zelfs in de hooglanden van Nieuw-Guinea.
Wandel maar eens rond en probeer maar eens deze fel rode kleur te spotten.