De Rijdende Rechter - De huurprijzenslag (11-04-2004)

De Rijdende Rechter, gepresenteerd door Mieke van der Weij, waarin rechter mr. Frank Visser uitspraak doet in een conflict. De zaak wordt ter plaatse beoordeeld, er volgt een hoorzitting en de zaak wordt later in de rechtszaal (de studio) gevonnist. De uitspraak is bindend en hoger beroep is niet mogelijk en alle partijen gaan vooraf akkoord. In deze aflevering: De huurprijzenslag.

1. Met ingang van 31 juli 1998 huurt De Jong van SCW de woning met aanhorigheden staande en gelegen te Blaricum aan de xxxx. De kale huurprijs bedroeg bij aanvang van de huur (omgerekend) € 376,07 per maand. Per 1 juli 2003 beloopt de kale huurprijs € 419,78 per maand.

2. Ingevolge het waarderingsstelsel gegeven in bijlage I bij het Besluit huurprijzen woonruimte dient de door De Jong gehuurde woning te worden gewaardeerd op 115 punten. De daarbij behorende kale maximale huurprijs is € 477,85 per maand. De daadwerkelijk in rekening gebrachte huurprijs beloopt per 1 juli 2003 dus 87,85% van de maximale huurprijs.

3. Begin 2002 heeft SCW de woning met aanhorigheden staande en gelegen te Blaricum aan de xxxx aangeboden voor een aanmerkelijk lagere huur dan de door De Jong voor zijn huurwoning betaalde huurprijs. Per 1 juli 2003 beloopt de kale huurprijs van deze woning € 361,27 per maand. Deze vergelijkingswoning is vrijwel identiek aan de huurwoning van De Jong.

4. Ingevolge het waarderingsstelsel gegeven in bijlage I bij het Besluit huurprijzen woonruimte dient de woning aan de xxxx te worden gewaardeerd op 119 punten. De daarbij behorende kale maximale huurprijs is € 495,57 per maand. De daadwerkelijk in rekening gebrachte huurprijs beloopt per 1 juli 2003 dus 72,89% van de maximale huurprijs.

5. Beide hiervoor bedoelde woningen zijn aan te merken als zelfstandige woningen in de zin van artikel 7.234 van het Burgerlijk Wetboek en artikel 1 van de Uitvoeringswet huurprijzenwet woonruimte en maken deel uit van een bestand huurwoningen dat door SCW in 1998 is overgenomen van de Gemeentelijke Woningstichting Blaricum onder de voorwaarde dat deze woningen marktconform verhuurd zouden worden. Het gaat om seniorenwoningen. In 2002 is in overleg met de gemeente echter een beleidswijziging doorgevoerd. Voortaan zou worden gestreefd naar verhuur van dit woningbestand voor een huurprijs die rond de 70% van de maximaal toelaatbare huurprijs zou liggen. Van deze beleidswijziging zouden echter alleen die woningen profiteren, waarvan de huurprijs niet reeds boven die 70% lag. Deze beleidswijziging werd gefinancierd met de opbrengst van enige huurwoningen die met toestemming van de gemeente mochten worden verkocht. Thans vallen ongeveer 140 van de 150 door SCW te Blaricum verhuurde woningen onder het nieuwe, voor de huurder gunstiger huurregime.

Hoorzitting: 24 oktober 2003
Plaats hoorzitting: Blaricum
Datum uitspraak: 5 januari 2004
Plaats uitspraak: Hilversum

Graag een fragment geüpload zien? Zet het in de reacties!
#DeRijdendeRechter